Belgische meerwaardebelasting op aandelen!

Op 30 juni 2025 kwamen de regeringspartijen tot een vergelijk wat de meerwaardebelasting op (oa) aandelen betreft.  Niettegenstaande de juiste term ‘solidariteitsbijdrage’ is, spreken we toch over een meerwaardebelasting die verschuldigd is op de meerwaarde onder bezwarende titel (veelal verkoop) op financiële activa.  Dit zijn op de volgende vier categorieën :

financiële instrumenten, zoals aandelen (al dan niet beursgenoteerdEFTs deelnemingen in instellingen voor  collectieve belegging , winstbewijzen, obligaties, afgeleide instrumenten, enz.

bepaalde levensverzekeringsproducten, zoals spaar- en beleggingsverzekeringen (tak 21, 22, 23 en 26) en kapitalisatieverrichtingen(tenzij belast als roerend inkomen bij de afkoop);

cryptoactiva in de ruimste zin;

geldmiddelen, incl beleggingsgoud.

Meerwaarden inzake groepsverzekeringen, levensverzekeringen (langetermijnsparen) pensioenfondsen en pensioensparen blijven buiten beschouwing.

Wat is er zoal beslist …

In hoofdzaak gaat het om meerwaarden gerealiseerd bij overdrachten van de vermelde financiële activa onder bezwarende titel vanaf 1 januari 2026 , weliswaar buiten de beroepssfeer.

De overdrachten ingevolge schenking (zie verder), erfopvolging of inbrengen in huwgemeenschappen blijven buiten beschouwing. Inbrengen van aandelen in vennootschappen en dit in ruil voor nieuwe aandelen worden dus niet geviseerd want de inbrengmeerwaarde wordt vandaag al als belaste reserve in kapitaalbeschouwd en zal op termijn nog 30% roerende voorheffing moeten ondergaan.

Vanaf 1 januari 2026 wordt in de personenbelasting (en in de rechtspersonenbelasting) de gerealiseerde meerwaarde bij de verkoop van aandelen belast tegen 10%. Wel geldt er een jaarlijkse voetvrijstelling van 10.000 euro (wordt geïndexeerd).  Nieuw is dat wanneer men deze niet wordt opgebruikt de grens jaarlijks met 1.000 euro (ook te indexeren) mag toenemen tot een maximum van 15.000 euro na vijf jaar.  De eerder voorgestelde vrijstelling voor aandelen die meer dan tien jaar werden aangehouden, heeft het niet gehaald.  Ook voor wie emigreert, ontspringt de dans niet.    

Let wel dat deze grens per belastingplichtige geldt.  Voor een koppel is het dus 20.000 euro of 30.000 euro.  

Deze belasting zal ofwel via een bronheffing door Belgische financiële tussenpersonen worden geïnd en dat wordt dan verder verwerkt via de personenbelasting om de vrijstelling op de eerste 10.000 euro te claimen en de bronheffing volledig of gedeeltelijk terug te krijgen. Staat u op uw discretie dan zal dat gepaard gaan met het verlies van de vrijstelling.  

Ofwel kiest men voor de opt-out methode en dan houdt de bank niets in en ligt de bal volledig bij de belastingplichtige (via de aangifte personenbelasting), maar dan zal de bank d.m.v. de opmaak van de nodige fiches de fiscus in kennis stellen. In dat laatste geval vermijdt u mogelijks wel de voorfinanciering van de 10%.  Voor wie zijn vrijstellingen optimaal wil benutten of een beroep doet op een historische waarde, zal een correcte aangifte cruciaal zijn. Zo luidde althans de eerdere lezing, al wachten we op dit punt nog op bevestiging en verdere praktische verduidelijkingen van de administratie.

Ook is de zogenaamde ‘aanmerkelijk belangheffing’ een feit.  Daar zijn de spelregels wel anders.  In de praktijk gaat het hier veelal over de verkoop van de ‘eigen’ vennootschap (let wel de belasting wordt geheven bij een overdracht onder bezwarende titel (buiten het beroepskader) wat ruimer is dan enkel een verkoop).  

Een aandeelhouder die zijn/haar vennootschap (KMO) verkoopt zal dus ook met de volgende regels moeten rekening houden.  De grens bedraagt hier 1.000.000 euro en er is voorzien in een getrapte taxatie.  De aanmerkelijk belangheffing is van toepassing van zodra één persoon alleen (!) 20% van de aandelen van een vennootschap bezit (te beoordelen op moment van de verkoop). Bewust wordt het begrip ‘alleen’ benadrukt want aanvankelijk werd er ruimer gerekend.  Maar deze regeling heeft het niet gehaald.

Elke aandeelhouder individueel zal 20% moeten bezitten.  Aandelen die in het bezit van andere familieleden worden niet samengeteld.  Geen goed nieuws dus,want in een familiale context is het niet uitzonderlijk dat het aandeelhouderschap verspreid zit waardoor niet alle aandeelhouders een deelneming bezitten van 20% of meer.  Let wel dat wanneer u overweegt aandelen te ‘bundelen’ om zo die 20%-grens wel te bereiken , dit wel eens gepaard kan gaan met het verlies van het VVPRbis-stelsel of anders gezegd uw vennootschap verliest het 15% roerende voorheffingsvoordeel op de dividenduitkering.  En wordt het 30%.  Wel bestaat er een alternatief van de liquidatiereserve maar het verleden komt hiervoor niet in aanmerking.  Opletten dus …

Ook kan het probleem vormen voor vennootschappen die vreemd kapitaal wensen aan te trekken. De kans is niet ondenkbaar dat daardoor de bestaande participatie van 20% of meer verwatert en daardoor onder deze grens duikt.  

Let wel dat de bestaande de bestaande taxatie van 16,5 % bij verkopen van een aanmerkelijk belang aan een niet-EER vennootschap toch behouden blijft.  Dit was eerder niet het geval.  Wel worden er wijzigingen aangebracht. Zo wordt voortaan een participatievoorwaarde per belastingplichtige gehanteerd van 20 % (nu is dat 25 %).  Er zou een vrijstelling van 1 miljoen euro ook van toepassing zijn, maar anders dan de andere regeling zijn er geen verminderde tarieven van toepassing voor meerwaarden tussen 1.000.000 euro en 10.000.000 euro.

Getrapt tarief

Er wordt wel met een vrijstelling van 1.000.000 euro gewerkt en verder met een getrapt tarief.

0 euro – 1.000.000 euro ​​: vrijgesteld
1.000.000 euro – 2.500.000 euro : 1,25%
2.500.000 euro 5.000.000 euro : 2,5% (en geen 2,25%)
5.000.000 euro – 10.000.000 euro : 5%
> 10.000.000 euro ​​​: 10%

Zoals vermeld is de meerwaarde tot 1.000.000 euro vrijgesteld, maar let wel dat deze vrijstelling geldt per periode van vijf jaar.  Of anders gezegd zolang men20% van een vennootschap overhoudt, kan men om de vijf jaar aandelen verkopen met een meerwaarde tot 1 miljoen euro en niet belast worden.  Het op korte termijn de verkoop ‘opdelen’ (zogenaamd saucissoneren) zal geen soelaas brengen.  

Tip. Vermits het veelal over een verkoop gaat, kan men zich de vraag stellen of het niet opportuun is de aandelen vooraf aan de kinderen te schenken.   De vraag is nog maar of deze ontwijking niet voorzien werd. Sommige regeringspartners waren er als de kippen bij om te zeggen dat alle ‘achterpoortjes’ gesloten werden.  In de ontwerptekst werd dit al voorzien nl wanneer er een schenking gebeurd is dan zal de begiftigde de belasting alsnog moeten betalen en dit op de meerwaarde berekend t.o.v. de aanschaffingswaarde van de schenker. De taxatie wordt m.a.w. uitgesteld.   Ook niet nieuw, want dat kennen we vandaag al bij de ‘snelle’ verkoop van gebouwen of gronden.  Afwachten dus of deze regel behouden werd, maar het ziet er alleszins naar uit dat dat wel degelijk het geval zal zijn.

De regeling geldt voor de verkoop van aandelen onafgezien het type van vennootschap.  Een patrimoniumvennootschap of holding valt dus ook onder deze regeling.  

Voor beide stelsels wordt de berekening van deze meerwaardebelasting berekend rekening houdende met de waarde van de vennootschap op 31 december 2025. M.a.w. 31 december 2025 is het moment nul in de berekening van de meerwaarde.  Bij een verkoop tijdens de eerste vijf jaar zal er rekening worden gehouden met de historische aanschaffingswaarde indien deze hoger ligt.  Dit is nieuw  …

Voor beursaandelen is dat allemaal niet zo moeilijk te achterhalen, maar voor uw eigen vennootschap is dat een ander verhaal.  

Daarom werd er in de volgende regeling voorzien.  

De beursgenoteerde financiële activa : de slotkoers op 31 december 2025.

De niet-beursgenoteerde financiële activa (waar het probleem van waardering het grootste is)

U mag de hoogste van onderstaande waardes gebruiken:

De waarde zoals gehanteerd gedurende 2025 bij een overdracht onder bezwarende titel tussen derde partijen, bij oprichting of bij kapitaalverhoging;

De waarde die voortvloeit uit een reeds gebruikte waarderingsformule uit een contract of contractueel aanbod van verkoopoptie (in werking op 1 januari 2026);

Het eigen vermogen verhoogd met een bedrag van 4 x de EBITDA van het laatste afgesloten boekjaar vóór 1 januari 2026.

Indien gewenst kan u ook een waardering laten uitvoeren door een bedrijfsrevisor of een gecertificeerd accountant die uiterlijk op 31 december 2026 moet worden uitgevoerd. Niet dringend, doch heel veel tijd hebt u niet.  

Noot de zogenaamde bestaande regeling die de naam ‘interne meerwaarde’ heeft gekregen blijft onverkort bestaan, integendeel, ze wordt wettelijk omkaderd.   Wanneer u financiële activa overdraagt  aan een vennootschap waarover uzelf of uw echtgeno(o)t(e) of afstammelingen (kinderen , kleinkinderen, …), ascendenten (ouders, grootouders, …), zijverwanten tot en met de tweede (!) graad of die van uw partner (echtgeno(o)t(e) – wettelijk samenwonende partner) rechtstreeks of onrechtstreeks controle uitoefent (zoals vermeld in art. 1:14 WVV) dan is er een meerwaardebelasting van toepassing die 33% bedraagt.  

De Reynderstaks

De Reynderstaks (cfr art.19bis WIB92) zou dan toch niet worden afgeschaft. Deze taks, die van toepassing is op fondsen die meer dan 10 procent in schuldvorderingen en schuldinstrumenten beleggen, zou worden gecombineerd met de 10 % meerwaardebelasting. Het gedeelte van de meerwaarde dat betrekking heeft op de rentecomponent binnen het fonds, blijft onderworpen aan de Reynderstaks en het saldo van de meerwaarde zou dan onderworpen worden aan de 10 % meerwaardebelasting.  

Samenvatting :

Voortaan zouden we dus vier categorieën van belastbare meerwaarden kennen

1. Interne meerwaarden

Dit is wanneer aandelen of winstbewijzen worden overgedragen aan een vennootschap-overnemer waarover de overdrager (samen met zijn echtgenoot en naaste familie tot de tweede graad) rechtstreeks of onrechtstreeks controle (in de zin van het vennootschapsrecht) uitoefent.  Gevolg 33% belasting met de aanvullende gemeentebelasting tot gevolg.

2. Meerwaarden bij aanmerkelijk belang

Belastingplichtigen die een aanmerkelijk belang houden van minstens 20% in aandelen of winstbewijzen kunnen genieten van een specifiek regime, nl. een vrijstelling van 1 miljoen EUR aan meerwaarden en op de meerwaarden boven dit bedrag progressieve tarieven, nl.

1.000.000 – 2.500.000 EUR: 1,25%

2.500.000 – 5.000.000 EUR: 2,50%

5.000.000 – 10.000.000 EUR: 5%

> 10.000.000 EUR : 10%

De vrijstelling van 1 miljoen EUR bij aanmerkelijk belang geldt maar één maal per vijf jaar.

3. De bestaande regeling inzake aanmerkelijke belangheffing (16,5%) blijftbestaan, weliswaar in een gewijzigde vorm.

4. Het standaardregime

Onder het standaardregime, van toepassing op alle meerwaarden, behalve interne meerwaarden en meerwaarden inzake een aanmerkelijk belang, zijn gerealiseerde meerwaarden belastbaar aan 10%. Met een voetvrijstelling van 10.000 EUR per persoon en per jaar. Verder wordt het plafond van de vrijstelling per jaar dat niet werd opgebruikt, met een maximum 1.000 EUR toenemen tot maximaal 15.000 EUR. Iemand die maar om de vijf jaar een meerwaarde realiseert kan dus rekenen op een vrijstelling van 15.000 EUR.

Kortom het is weeral een bijkomende nieuwe belasting die ervoor zal zorgen dat er ook een nieuwe ingewikkelde fiscale koterij zal bijkomen. Ook is het nog maar de vraag wat het finaal de schatkist zal opbrengen.  En hoe gaat dat allemaal moeten gecontroleerd worden … Een wet die duidelijk tot stand is gekomen dankzij een echt Belgisch politiek compromis.  

En je vennootschap verplaatsen?

De wetgever introduceerde deze nieuwe exit taks op aandeelhoudersniveau bij de emigratie van vennootschappen. Waar tot nu toe enkel op vennootschapsniveau een fiscale afrekening plaatsvond (door de fictieve liquidatie), wordt voortaan ook bij de aandeelhouders een fictief liquidatiedividend aangenomen. Deze heffing is van toepassing bij grensoverschrijdende zetelverplaatsingen, fusies, splitsingen en gelijkaardige herstructureringen, voor zover activa als gevolg daarvan niet langer in België worden aangehouden of aangewend.  Inwerkingtreding sinds 29 juli 2025 (van toepassing op de verrichtingen die vanaf die datum hebben plaatsgevonden).

Wat nu?

Misschien vind je dat de belastingemmer nu definitief overloopt, ja dan is het misschien tijd om je koffers te pakken en vanuit het buitenland fiscaal vriendelijk te werken, en bv. een digital of tax nomad te worden. Aarzel niet ons te contacteren voor meer info op info@dehoon-dhp.com